Ridderzuring

Ridderzuring                           
Rumex obtusifolius
Duizendknoopfamilie
---------------------------------------------------------------
Uit een bladrozet komt een rijzige stengel, waaraan in het bovenste deel zijstengels en een pluim met zeer veel bloemetjes. Ridderzuring is een indrukwekkende plant die 1,5 meter hoog kan worden. De afzonderlijke bloemetjes zijn zoals bij veel zuringsoorten zeer talrijk. De vruchten van de plant hebben een wonderlijke vorm. Ze zijn driehoekig en hebben een aantal uitsteeksels. Een mooie vinding die in de natuur vaker voorkomt. Zo kunnen de vruchten met daarin de zaden aan de vacht van dieren of schoenzolen en kleding van mensen blijven zitten en meereizen naar een andere bestemming. In vochtige, voedselrijke grond heeft dit meegelifte zaad de meeste kans om uit te groeien. Een andere vinding van het geslacht Rumex, is het laten ontstaan van een bobbel op één of meer van de vruchtkleppen. Door die bobbel kan het zaad drijven en zich zo over water verplaatsen. Het zaad blijft jarenlang kiemkrachtig in de bodem.

De geslachtsnaam ‘Rumex’ betekent in het Latijn zuring, maar ook lans of werpspies. Enkele zuringsoorten hebben pijlvormige bladeren. De soortaanduiding ‘obtusifolius’ betekent: met stompe bladen.
In het Nederlands heet het geslacht ‘zuring’ omdat veel soorten zuur smaken. Ze bevatten oxaalzuur. Ridderzuring is daarop een uitzondering, want bevat geen zuur. Daarom kan ridderzuring waardplant zin voor diverse vlinders die op andere zuringsoorten niet voorkomen. De agaatvlinder en het zuringuiltje zijn hier voorbeelden van.
Het woord ‘ridder’ in de soortnaam komt van de uitdrukking ‘aan de ridder zijn’ die in Noord-Holland betekent: aan de diarree zijn. Ook in Reusel en Rosmalen zegt men ‘schitblad’ tegen ridderzuring.

In Ulvenhout bestaat het Sulkerpad dat ‘zuringpad’ betekent. Tot in België is zulker of sulker een algemene volksnaam voor zuring.
De vertakte penwortel werd om zijn geneeskrachtige werking gebruikt. Vaak vermengd met de wortel van andere zuringsoorten wordt het aangewend tegen allerlei huidziekten. Omdat de wortel het ijzer uit de grond opneemt is het ook een goed middel tegen bloedarmoede.

Bloem

De kleine onopvallende bloemen staan kransgewijs in forse pluimen. De afzonderlijke bloemen zijn klok- of stervormig en geelgroen van kleur. Zie foto 2 . 

Hoogte 0,80 – 1,50 m.
Bloeitijd Juni – oktober.
Blad Het lancetvormige langwerpige blad is onderaan de plant breder dan bovenaan en staat verspreid aan de stengel. De rand is gaaf en gegolfd en het heeft een stompe top.
Stengel De massieve stengel is gegroefd, glad en kaal en staat rechtop.
Vruchten Een nootje omgeven door drie grote, getande vruchtkleppen. Zie foto 3. De vruchten vormen een zeer opvallend bruinrood gekleurde pluim.
Overig De plant heeft een forse sterk vertakte penwortel. Vaste plant.
Standplaats De plant is zeer algemeen in wegbermen en omgewoelde terreinen. De plant houdt van voedselrijke iets vochtige grond.
In Breda Overal in bermen en langs de singels. Veel op braakliggende terreinen.
Vergelijk De krulzuring (Rumex crispus) lijkt sterk op de ridderzuring maar heeft gegolfd blad. Kruisingen tussen krulzuring en ridderzuring komen veelvuldig voor.

 

Een samenwerking van IVN Mark&Donge en KNNV Breda